Preventieve cognitieve therapie

De kans op terugval na een depressie is helaas erg groot. Van alle mensen die in hun leven een depressieve periode hebben meegemaakt, valt ongeveer de helft terug in een nieuwe depressie. Hoe vaker iemand een depressieve periode heeft ervaren, hoe groter de kans is dat hij of zij nog een depressie zal krijgen. Gelukkig is er goed nieuws: preventieve cognitieve therapie vermindert de kans op terugval. Uit eerder onderzoek is gebleken dat preventieve cognitieve therapie tot wel tien jaar kan beschermen tegen terugval bij depressie. Helaas voorkomt de therapie niet bij iedereen een terugval. Maar voor wie werkt deze methode nou wel en voor wie niet, en hoe werkt het dan precies? Dit zijn vragen die we in de Depressiestudie proberen te beantwoorden. We onderzoeken door middel van onder andere fMRI-scans wat er in de hersenen gebeurt wanneer iemand die hersteld is van een depressieve episode preventieve cognitieve therapie ondergaat.

Bij preventieve cognitieve therapie leren mensen negatieve denkpatronen bij zichzelf te herkennen. Vervolgens wordt er aandacht besteed aan het vervangen van deze patronen door alternatieve, helpende denkpatronen. Dit wordt onder andere gedaan door te fantaseren over hoe het zou zijn om aan een droomleefregel te voldoen, dit vinden we allemaal een erg leuke opdracht. Daarnaast worden mensen getraind in het herinneren van positieve situaties, omdat gebleken is dat mensen met een kwetsbaarheid voor depressie hier meer moeite mee hebben. Aandacht voor de positieve dingen in het leven is heel belangrijk! Tenslotte wordt er een persoonlijk preventieplan opgesteld, waarbij mensen leren de signalen van terugval te herkennen: wat doe je nou als je merkt dat je weer klachten begint te krijgen? Niet alleen uit onderzoeken blijkt deze therapie effectief, ook onze deelnemers zijn hier enthousiast over: “Ik heb weer veel nieuwe dingen gehoord, geleerd en me eigen gemaakt. En gebruik nog regelmatig stukken uit de sessies. Weer een stukje inzicht en ontwikkeling erbij.”

Hoe ziet zo’n therapie er nou uit in onderzoeksvorm? We proberen zo min mogelijk van het behandelprotocol af te wijken en proberen bij iedereen de therapie op dezelfde manier aan te bieden. Op deze manier kunnen we het best onderzoeken wat er verandert wanneer iemand de therapie krijgt, en meten we niet per ongeluk andere effecten. We hebben op meerdere locaties psychologen getraind om met het behandelprotocol te werken, zodat we deelnemers uit het hele land de therapie aan kunnen bieden. De onderzoekers van de Depressiestudie hebben deze training ook gevolgd om goed bekend te zijn met het protocol, en we zijn allemaal erg enthousiast over de therapie. Deelnemers aan de Depressiestudie ontvangen de therapie kosteloos via het onderzoek. Meer weten over de therapie? Mail naar depressiestudie@umcg.nl of bel naar 050 361 6948.

Plaats een reactie